Van onze verslaggeefster Seada Nourhussen
bijgewerkt op 20 januari 2009
Nederland telt bijna 900 duizend moslims. Maar controle op halal – voedsel toegestaan voor moslims – ontbreekt. De gelovige consument tast in het duister.
‘Met vlees ben ik gestopt, ik eet geen taart meer en snoepjes en ijs laat ik ook staan.’ Moslima Yasmin van Hamersveld weet niet meer waar ze aan toe is als het halal betreft. Gewapend met Enummers die volgens de islam verboden zijn, struint Van Hamersveldt supermarkten af. ‘Zo doen veel moslims hun boodschappen.’ Een ‘schijnzekerheid’ volgens haar. ‘Want als het voedsel niet volgens de islamitische wetgeving is geslacht of bereid, is het nóg niet halal.’
Halal is voedsel dat geproduceerd is volgens de islamitische spijswetten. Varkensvlees is uit den boze en ritueel geslacht vlees vormt de hoofdgroep van halal. Evenals snoep of toetjes die bestanddelen van mogelijk onreine dieren bevatten.
‘Maar door het gebrek aan één halalkeurmerk, vertrouwen moslims het eten niet meer’, zegt van Hamersveld. Ze werkt bij Stichting Halal Voeding en Voedsel (HVV) in Den Haag, een voorlichtingsorganisatie voor halal. De HVV-Keuringsdienst inspecteert de productie van halalvoeding en verleent bij goedkeuring het keurmerk Halal Tayyib. HVV staat onder toezicht van een raad van islamitische schriftgeleerden.
Er zijn in Nederland bijna 900 duizend moslims, tientallen halalproducenten en zon ´ dertig keurmerkverleners van halalvoedsel. Maar eenduidige regelgeving rond deze voeding ontbreekt want elke keurder hanteert eigen criteria.
Een probleem, beaamt Ben Ali Salah. ‘Ik ken certificeerders die alles wat geen varkensvlees is als halal bestempelen.’ Ali Salah is directeur van het Leidse Total Quality Halal Correct Certification. Net zoals HVV een inspectie-en certificeringsbureau voor halal.
Een gedegen screening van halal is tijdrovend dus kostbaar en daarom niet populair bij halalproducenten, zegt Qayyoem. ‘Biochemici van HVV controleren diënten en additieven. En dat kan flink in de papieren lopen.’
Hoewel er slechts twintigduizend joden in Nederland zijn, is er voor koosjer – toegestane spijs voor joden – wel één controlerende instantie: het opperrabinaat voor Nederland. Rabbijn Eddie Maarsen is één van de leden. ‘Alleen etenswaar die door het opperrabinaat is goedgekeurd, is koosjer.’ Het opperrabinaat brengt jaarlijks een boekje uit met alle koosjer verklaarde producten.
Waarom bestaat er voor halalvoedsel geen orgaan zoals het opperrabinaat? Quayyoem van Halal Tayyib en Ali Salah van Halal Correct vinden beiden dat één instelling een halalkeurmerk moet afgeven, maar dan liefst hun eigen instantie. Ali Salah zegt dat ‘concurrentie binnen de certificering niet ongezond is.’ Qayyoem is het met hem eens. ‘Maar dan moeten ze wel gebruik maken van ons systeem’, zegt hij. De onenigheid tussen de twee lijkt illustratief voor de halalmarkt.
Ali Salah pleit voor inmenging van de overheid. ‘Alleen door de staat erkende bureau’s zouden een keurmerk mogen afgeven.’ Qayyoem van HVV vindt van niet. ‘Het ministerie van Landbouw moet toezien op de naleving van hygiëne-en dierwelzijnsvoorschriften. Maar met het religieuze aspect hebben zij niets van doen.’
De voorlichter van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit weet niet wat halal is en zegt dat het ministerie zich niet met het onderwerp bezighoudt. Met de certificatie van biologische productie door SKAL, de eigenaar van het EKO-keurmerk, bemoeit de overheid zich wel. ‘Dat is in 1992 door de Europese Unie verplicht gesteld’, zegt SKAL-voorlichter Chris Maan.
Volgens Charlotte Menten van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) staat er in de Nederlandse Warenwet niets met betrekking tot halal. De VWA doet niets als een consument klachten heeft over halal
‘Onder de Nederlandse wetgeving rond voedselveiligheid vallen geen religieuze kwesties.’ Achterhaald, vindt Ali Salah. ‘Moslims zijn ook Nederlanders en halal is een voedingskwestie.’
Halal-label kan ook op ‘onrein’ toetje zitten